Een hoge klassering op de Europese coëfficiëntenlijst is enorm belangrijk. Aan de hand van deze ranglijst bepaalt de UEFA namelijk hoeveel afgevaardigden per land welkom zijn in de Champions League, de Europa League en de Conference League. Grote voetballanden als Engeland, Spanje, Italië en Duitsland zijn al jarenlang met meerdere teams present in de Champions League, terwijl bij ons alleen de landskampioen verzekerd is van rechtstreekse kwalificatie voor het Europese miljoenenbal.
Hoe werkt de coëfficiëntenlijst?
De coëfficiëntenlijst wordt bepaald aan de hand van de resultaten per competitie over de laatste vijf seizoenen in de Champions League, de Europa League en de gloednieuwe Conference League. Een Europese overwinning levert uiteraard de meeste punten op, en ook een gelijkspel is goed nieuws. Tevens kunnen clubs op bonuspunten rekenen als zij ver weten te komen in een van bovenstaande toernooien.
Alle punten die over de laatste vijf seizoenen werden behaald worden bij elkaar opgeteld, wat uiteindelijk resulteert in de uiteindelijke ranglijst. De Engelsen leverden vorig seizoen met Chelsea, Liverpool en Manchester United maar liefst drie Europese finalisten af, dus het zal je niet verbazen dat zij met ruim 87.000 punten aan de leiding gaan op de Europese coëfficiëntenlijst. Spanje heeft met Villarreal de huidige Europa League-kampioen in huis, en doet het met ruim 80.000 punten eveneens goed. Italië en Duitsland volgen met ruim 60.000 punten op gepaste afstand.
Waar staat Nederland op de coëfficiëntenlijst?
Aan de stamtafel van Veronica Inside wordt er regelmatig lacherig gedaan over het niveau van de Eredivisie, maar op basis van de coëfficiëntenlijst doen we het helemaal niet slecht. De Eredivisie staat namelijk met ruim 32.000 punten op een keurige zevende plaats, vlak boven Rusland.
Vooral de afgelopen twee seizoenen hebben we het met een totaal van 18.600 punten uitstekend gedaan. Tijdens de vorige jaargang wisten we zelfs meer punten te behalen dan Frankrijk, de nummer vijf op de Europese competitie ranglijst.
Gaan we stijgen op de coëfficiëntenlijst?
Pakweg 25 jaar geleden had Nederland tot maar liefst drie afgevaardigden in de Champions League. Die tijden zijn echter voorbij. De laatste jaren was het vooral Ajax dat de Nederlandse eer hoog moest houden, en op dit moment doet PSV zijn uiterste best om zich via de voorrondes te plaatsen voor het belangrijkste clubtoernooi van Europa.
Toch zouden we die oude tijden misschien kunnen doen herleven, althans als we erin slagen om nummer zes Portugal voorbij te gaan. De Portugezen krijgen namelijk niet een maar twee rechtstreekse tickets voor de Champions League. Daarnaast mag de nummer drie van de Primeira Liga proberen om zich via de voorrondes te plaatsen voor het Europese kampioenenbal.
Portugal heeft op dit moment echter ruim 10.000 punten meer dan wij. Een groot verschil, al hebben we wel het geluk dat het rampseizoen 2017-2018 vanaf volgend jaar uit de boeken is. In die jaargang pakten we in totaal slechts 2.900 punten, waardoor zelfs voetbaldwergen als Kazachstan, Azerbeidzjan en Noord-Macedonië ons het nakijken gaven.
Moeten we bang zijn voor de Russen?
Op dit moment voelen we de hete adem van nummer Rusland in de rug, dat slechts zo'n 1.500 punten minder heeft dan ons. Toch hoeven we niet waarschijnlijk voorlopig niet te vrezen voor de Russen. Zij hebben namelijk enkele magere Europese jaren achter de rug: in de afgelopen twee seizoenen vergaarden de Nederlandse clubs meer dan twee keer zoveel punten dan de ploegen uit Moskou en Sint-Petersburg. Daarnaast hebben zij de pech dat het topseizoen 2017-2018, het seizoen waarin maar liefst vier Russische clubs wisten te overwinteren in Europa, binnenkort niet meer meetelt. De verwachting is daarom dat Nederland de komende jaren juist verder zal uitlopen op Rusland, en dat onze Europese plaatsen voorlopig niet in gevaar zullen komen.